Van de ene behandelaar naar de volgende zorgverlener. Als je borstkanker krijgt, beland je meestal in een lang en intensief traject. Dan is het fijn als er iemand is die je daar stapje voor stapje doorheen loodst. Verpleegkundig specialist Esther van Eden van Meander Medisch Centrum in Amersfoort vertelt hoe zij dat doet.
‘Als verpleegkundig specialist (vs) begeleid én behandel ik borstkankerpatiënten die chemotherapie, immuuntherapie of hormoontherapie krijgen. Waar een verpleegkundige de patiënt alleen begeleidt en de arts vooral gericht is op de medische behandeling, combineer ik die beide werelden. Dat is een groot voordeel voor patiënten. Ik houd alles in de gaten. Begeleiding en behandeling gaan hand in hand.
De regiebehandelaar
De chemokuren, de bijwerkingen en de medicijnen, maar ook de mentale gesteldheid van de patiënt, de gezinssituatie en de eventuele ondersteuning die nodig is. Als regiebehandelaar houd ik het overzicht en kan ik, waar nodig, in overleg met de patiënt direct aanpassingen doen. Omdat ik behandelaar ben, kan ik meteen veranderingen in gang zetten. Ik doe lichamelijk onderzoek, pas de chemotherapie aan en verwijs de patiënt door als dat nodig is. Als iemand het mentaal zwaar heeft, kan ik besluiten de behandeling uit te stellen. Als ik hoor dat iemand een droge hoest heeft, kan ik na lichamelijk onderzoek beslissen dat er een scan gemaakt moet worden om een longontsteking uit te sluiten.
Samenwerken met de oncoloog
Binnen ons oncologisch centrum werk ik nauw samen met de artsen, verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten van het behandelteam. Elke ochtend beginnen we met een multidisciplinair overleg, waarbij we met elkaar spreken over onze patiënten, beleid, onderzoek en mogelijke verbeteringen. De oncologen bepalen bij de start welke soort behandeling we gaan toepassen. Als vs mag ik een beperkt aantal medische handelingen uitvoeren. Daarnaast neem ik elke week mijn patiëntenlijst door met een van de oncologen. We bespreken waar we tegenaan lopen en brainstormen over hoe we bepaalde behandeltrajecten het beste kunnen aanpakken. Als ik twijfel over bijvoorbeeld bloeduitslagen, overleg ik dat. We werken echt samen, als een team.
De patiënt leren kennen
Ik zie mijn patiënten heel regelmatig. Bij de start van elke nieuwe kuur komen ze langs. Bij klachten houd ik vinger aan de pols door bijvoorbeeld tussendoor een keer te bellen en tijdens de behandelingen loop ik soms even langs. Ik heb vaak meer tijd dan de arts, waardoor ik patiënten goed leer kennen en weet hoe het met de patiënt gaat. En dus kan ik goed inschatten waar behoefte aan is. Soms is dat samen lachen of huilen, een andere keer is dat een opbeurend praatje. Regelmatig verwijs ik door naar onze ondersteuningsconsulenten, die met de patiënt kunnen kijken welke hulp of ondersteuning nodig is.
Dat kunnen gesprekken zijn bij een psycholoog, ondersteuning voor de kinderen of de partner, of misschien juist meer bewegen bij de fysiotherapeut of in een sportgroep. Er is van alles mogelijk.
Onbekende functie
De verpleegkundig specialist is een relatief nieuwe functie. Bij ons in Meander Medisch Centrum in Amersfoort zijn we met twee verpleegkundig specialisten op de mammapoli.
Omdat de functie nog niet zo bekend is, denken patiënten vaak dat ik de verpleegkundige of juist de oncoloog ben. ‘Ben jij niet de arts?’ vragen ze dan verrast. Of ze zeggen: ik heb een vraag voor de oncoloog. En vervolgens zijn ze verbaasd dat ik het antwoord weet. Ook collega’s in het ziekenhuis moeten soms nog wennen aan de functie. Gisteren vroeg ik voor een van mijn patiënten fysiotherapie aan, waarna de fysiotherapeut goedkeuring vroeg van de oncoloog. Hij dacht dat ik die aanvraag niet mocht doen, terwijl ik gewoon zelfstandig behandelaar ben.
Kwaliteitsverbetering
Om verpleegkundig specialist te worden moet je na je verpleegkundige opleiding de masteropleiding Master Advanced Nursing Practice volgen. In Meander houd ik me, naast patiëntenzorg, ook bezig met onderzoek en kwaliteitsverbetering. Ik onderzoek neuropathie, een zenuwbeschadiging waar patiënten tijdens en na de chemotherapie last van kunnen krijgen. Ook werk ik aan de verbetering van de informatievoorziening voor patiënten. We starten de behandeling vaak met een gesprek van een uur, waarbij we veel informatie geven. Patiënten slaan niet al die kennis op. Kan dat anders? Kunnen we filmpjes gebruiken of een app? Een andere uitdaging is de zorg efficiënt en betaalbaar houden, terwijl de inhoud van de zorg juist ingewikkelder wordt. Met meer en mondigere patiënten, maar minder personeel. Ik denk dat een verpleegkundig specialist hieraan kan bijdragen, want het is handig én efficiënt als je één zorgverlener hebt die alles kan: ondersteunen, begeleiden en behandelen.’
Rollen uitgelegd
Welke zorgverleners spelen een rol in de begeleiding van jou als borstkankerpatiënt? Dat is in elk ziekenhuis soms net weer anders. Dit zijn de meest voorkomende rollen, benamingen en taken.
- verpleegkundig specialist (vs) borstkanker
De vs begeleidt en behandelt jou. De vs is meestal je eerste aanspreekpunt. Als je behandeld en begeleid wordt door een vs, zie je minder vaak een oncoloog of verpleegkundige. - verpleegkundige (vpk) mamma-care of oncologie
De verpleegkundige begeleidt jou, maar behandelt je niet. Als je geen eigen vs hebt, is de mammacare- of oncologieverpleegkundige meestal je eerste aanspreekpunt. De vpk werkt nauw samen met en onder supervisie van de behandelend oncoloog of chirurg. - physician assistant (pa)
De pa behandelt jou, maar begeleidt jou meestal niet, omdat de pa niet altijd een verpleegkundige achtergrond heeft. De pa neemt kleine medische handelingen van de arts over. - casemanager
Vaak krijg je van het ziekenhuis een casemanager, een persoon die jou tijdens het hele behandeltraject persoonlijk begeleidt. Zij houden de regie over het traject en zijn je eerste aanspreekpunt. Dit zijn vaak verpleegkundig specialisten, mammacare- of oncologieverpleegkundigen of physician assistants.